Op naar de zestig?
Dat was misschien toch niet zo handig, want mijn kleine terugkoppeling leidde tot heel veel (zinnige) vragen. Ik hoop dat ik ze hieronder allemaal in één keer kan beantwoorden. En voor wie nog niets gehoord heeft...lees verder en je bent weer bij!
Ik was bijzonder nerveus voor ons bezoek aan mijn oncoloog vandaag. Normaal heb ik 's morgensvroeg al een afspraak, vandaag konden we pas om kwart over twee terecht. Het voordeel was dat ik heel veel naar de wc heb gekund en vast weer kilo's kwijt ben (ehem, geloof je het zelf Ilse). Maar het nadeel was dat de spanning zich aardig kon opbouwen, ondanks een drukke ochtend op het werk en dat mijn schouders bijna boven mijn hoofd uitkwamen in de wachtkamer.
Ik denk dat ik extra zenuwachtig was doordat het aantal foute cellen de vorige keer zo enorm was gestegen. Wat als de lijn zich zo door had gezet? Zou ik met Oud en Nieuw aan de chemo zitten in plaats van aan de oliebollen?
Al snel bleek dat gelukkig niet het geval. Er is opnieuw sprake van groei van het foute eiwit, maar minder dan de vorige keer. En dat betekent dat ik nog wat langer weg lijk te blijven van die magische, enge '60' grens (ik zit nu op 49,1). De grens van 60 die, zo hoorden we vandaag, op zich nog niet eens alles zegt. Bij smeulend myeloom, wat ik heb, worden namelijk dikwijls ook weer andere criteria gesteld voordat tot behandeling overgegaan wordt. Simpel uitgelegd: kom je het ziekenhuis binnen met bijvoorbeeld matige bloedarmoede en een M-proteïne van 10, dan zal er vrijwel direct met chemo's gestart worden, met daarna de stamceltransplantatie.
Sta je echter al onder zorgvuldige controle (zoals ik), dan is het eiwitcijfer niet per se leidend. Zolang mijn lichaam het aankan, wordt gewacht. Er wordt meestal pas behandeld als het lichaam orgaanschade of botschade laat zien. In zeer uitzonderlijke gevallen is dat pas bij 95% plasmacellen in het beenmerg!
Voor mijn beenmerg geldt dat het inmiddels voor bijna 50% gevuld is met kwaadaardige plasmacellen en dat er dus nog nét een meerderheidje normale cellen actief is. Toch doet mijn lichaam het daar dus nog steeds goed mee, iets wat de specialist tevreden stemt en mij trots. Er is een hoop wat me niet zo goed meer lukt de laatste maanden, maar dit flik ik toch nog maar mooi ;-)
Het beleid van iedere drie maanden op controle wordt gehandhaafd en uiteraard moet ik me melden bij koorts of andere gezondheidsproblemen. Door de Kahler ben ik namelijk wel veel vatbaarder voor infecties. Ik blijf sinds de longontsteking een beetje kwakkelen. Maar liever kwakkelend de winter door dan chemo-end.
Sommigen vragen me of ik nu (heel) blij ben en eerlijk gezegd weet ik het nog niet helemaal. Ik ben zonder meer blij dat ik redelijk gezond de feestdagen in kan gaan en dat dit ook voor mijn gezin en familie geldt. En ik vind het erg fijn dat ik nog extra tijd heb om goed voor mezelf zorgen en zeer bewust te werken aan mijn mentale gezondheid, zonder de fysieke ongemakken van chemo's.
Maar het (nog) niet aan kunnen pakken van kanker in mijn lijf terwijl ik weet dat-ie wel aan me knaagt, is en blijft nog steeds af en toe verwarrend.

Reacties
Een reactie posten